3. MATSOT - [Ongezuurde broden) Sfirat ha’omer (Eerstelingenfeest)

matzotOp de 15e Nissan wordt het volk Israël door de machtige hand van Adonai uit de slavernij van Egypte uitgeleid. Zuurdesem had dezelfde functie als de gist die wij tegenwoordig gebruiken om brood te laten rijzen. Bijbels gezien staat zuurdesem voor zonde. Ongezuurd zijn is dus beeld van heiligheid. De redding van het volk uit de slavernij en de duisternis van Egypte is niet anders dan dat Adonai zijn volk heiligt, apart zet voor een hoger doel. Het ontzuren van je huis en zeven dagen eten van ongezuurd brood heeft alleen zin wanneer het een beeld van de werkelijke heiliging van je leven is.

 

Leviticus 23:6 "En op de vijftiende dag van die maand begint ter ere van de HEER het feest van het Ongedesemde brood: zeven dagen lang moeten jullie dan ongedesemd brood eten. 7 De eerste dag moet je als heilige dag samen vieren; je mag dan niet werken. 8 Elk van de zeven dagen moeten jullie de HEER een offergave aanbieden. De zevende dag moet je opnieuw als heilige dag samen vieren, en ook dan mag je niet werken.”’

Omdat het Ongezuurde Brodenfeest ook de achtergrond heeft van een oogstfeest, wordt op de eerste dag van de week (zondag) tijdens het Ongezuurde Brodenfeest de eerste opbrengst van de gersteoogst geofferd. Dit was de dag waarop Jesjoea opstond uit de dood. We lezen dit in Leviticus.

Leviticus 23: 9 "De HEER zei tegen Mozes: 10 ‘Zeg tegen de Israëlieten: “Wanneer jullie eenmaal in het land zijn dat ik jullie zal geven en je daar de oogst binnenhaalt, moeten jullie de eerste schoof van je gersteoogst naar de priester brengen. 11 De priester moet de schoof ten overstaan van de HEER omhoogheffen opdat die als offer zal worden aanvaard. De priester moet de schoof omhoogheffen op de dag na de sabbat."

Jesjoea is op deze dag als eersteling aan zijn vader getoond.